Reijrink, M. (2017) Abdominal visceral and subcutaneous adipose tissue analysis by FDG-PET/CT and their relationship with arterial inflammation and other cardiovascular risk factors in early type 2 diabetes patients. thesis, Medicine.
Text
ReijrinkM.pdf Restricted to Registered users only Download (1MB) |
Abstract
Achtergrond In de beginfase van type 2 diabetes mellitus hebben patiënten al een verhoogd risico op cardiovasculaire ziekten, onafhankelijk van glucoseregulatie. Visceraal vetweefsel speelt een belangrijke rol in de ontwikkeling van insuline resistentie en non-alcoholische leververvetting door de metabole activiteit van het vet en doordat het adipocytokines produceert. Echter is de functie van visceraal vet in de progressie van atherosclerose nog niet volledig duidelijk. Met deze studie bestudeerden we de associatie van abdominaal visceraal vet volume en subklinische arteriële inflammatie in vroege type 2 diabetes patiënten. We maakten hierbij gebruik van 18F-fluordeoxyglucose (FDG) positron emission tomography (PET) met een lage dosis computed tomography (CT). Ook werd een pilot uitgevoerd om de hoeveelheid FDG opname in abdominaal visceraal en subcutaan vet te meten als maat voor metabole activiteit. Methode Van 44 vroege type 2 diabetes patiënten, zonder cardiovasculaire ziekten en glucose verlagende middelen werd een FDG-PET/CT scan gemaakt. Abdominale vetweefsel volumes werden gekwantificeerd tussen wervels L1 en L5 met een semi-automatische methode, gebaseerd op CT. Arteriële inflammatie werd gekwantificeerd met voor pre-scan glucose gecorrigeerde target-to-background ratio van de FDG gestandaardiseerde opname waarde van de aorta, carotiden, iliaca en femorale arteriën tegen de achtergrond activiteit (gemeten in vene). HOMA-IR (insuline resistentie index), ALT (maat voor leververvetting) en adiponectine (adipocytokine) zijn gemeten in het plasma. FDG opname in het abdominale vet werd gemeten op basis van PET. Resultaten De vet verdeling (visceraal vet/subcutaan vet ratio) verschilde significant tussen mannen (n=27; [1.2 (0.94-1.7)]) en vrouwen (n=17; 0.6 [0.4-0.7] (p<0.0001)). Visceraal vet volume correleerde met HOMA-IR (r=0.37, p=0.015), ALT (r=0.57, p<0.001), en adiponectin (r=-0.39, p=0.008). Omdat vet volume en geslacht interactie hebben in relatie met arteriële inflammatie werden mannen en vrouwen apart bestudeerd. Visceraal vet volume, maar niet subcutaan vet volume, correleerde met arteriële inflammatie in mannen (r=0.592 (p=0.001)), maar niet in vrouwen (r=-0.083 (p=0.750)). Deze associatie was onafhankelijk van HOMA-IR, ALT en adiponectine. Tegen de verwachtingen in correleerde de FDG opname in het viscerale vet negatief met het volume visceraal vet in zowel mannen als vrouwen (mannen: β=-0.509, p=0.007, vrouwen: β=-0.598, p=0.011). Conclusie Het visceraal vet volume is positief geassocieerd met op FDG-PET scan gemeten arteriële inflammatie bij mannen met vroege type 2 diabetes, onafhankelijk van adiponectine en markers voor insuline resistentie en leververvetting. Deze resultaten onderstrepen de belangrijke rol van visceraal vet, in tegenstelling tot subcutaan vet, bij de ontwikkeling van atherosclerose bij type 2 diabetes. De FDG opname in visceraal vet bleek juist negatief geassocieerd met visceraal vetvolume, waarvan de betekenis onduidelijk is, nog verder bestudeerd en gevalideerd moet worden.
Item Type: | Thesis (Thesis) |
---|---|
Supervisor name: | Supervisors and Mulder D.J. & and Boer, S.A. de and Department Vascular Medicine and Institution University Medical Center Groningen |
Faculty: | Medical Sciences |
Date Deposited: | 25 Jun 2020 10:43 |
Last Modified: | 25 Jun 2020 10:43 |
URI: | https://umcg.studenttheses.ub.rug.nl/id/eprint/457 |
Actions (login required)
View Item |